De Haagse Hogeschool stopt met stages in weeshuizen. De instelling tekent daarvoor ook de University Pledge, waarin de school die gelofte doet. Aanleiding is onder meer het feit dat uit internationaal onderzoek al langer blijkt dat het bij deze weeskinderen vaak helemaal niet om weeskinderen gaat. In zelfs 80 procent van de gevallen is er minstens nog één ouder in leven. Het bleek echter uitermate lucratief voor de weeshuizen om te doen als er sprake was van kinderen zonder ouders, het leverde de huizen veel geld op. Weeshuizen zijn vaak big business, was de conclusie uit de internationale onderzoeken.

Ook in Nederland was het populair om voor een paar weken/maanden in een ander land hulp te bieden aan weeskinderen. Onderzoeken wezen echter uit dat kinderen vaak door armoede in een weeshuis terecht komen. Hoe voller het weeshuis, hoe meer geld er werd verdiend aan buitenlandse bezoekers. Het leek ook leuk dat stagiaires een binding kregen met een kind, maar door de doorlopend wisseling van hulpjes werden de hechtingsproblemen bij de kinderen versterkt.

Stagiairs moesten vaak betalen voor de stage, er brachten ook nog eens geld en cadeaus mee. Dat maakte het paradoxaal genoeg steeds aantrekkelijker voor ouders een kind in een 'weeshuis' te stoppen. Kinderen werden er eigenlijk vaak alleen maar slechter van wat betreft gezondheid, ontwikkeling en kansen voor de toekomst, zo bleek uit onderzoeken. Door de coronapandemie waren er al geen buitenlandstages meer, maar als die periode voorbij is zijn stages in weeshuizen voor studenten aan de Haagse Hogeschool weeshuisstages niet meer mogelijk.